MX World

17/06/2015 20:08 - geplaatst door Marcel Dirks

Is Jeremy Van Horebeek de wild boy in de GP’s? We zagen hem rijden onder het bloed te Lommel. We zagen hem zijn eerste GP winnen in Loket in 2014 bij de MXGP. Hij rijdt met het shirt uit de broek, Met zijn blote rug lijkt hij wel onkwetsbaar. We (onze Hongaarse) spraken met hem over de ups en downs, over het verleden en toekomst. Thor it voor het interview

MXWORLD: “Ik was er bij toen je in Loket je eerste GP won. Ik zal nooit de expressie, de emoties op je gelaat vergeten. Viel er veel gewicht van uw schouders?” JVH: “Voor mij was het speciaal omdat ik ieder weekend op het podium stond. Tweede, derde, maar ik miste nog een GP-zege. Ik Loket was het zover, ik won. Maar ik kreeg de zege niet cadeau. De hele reeks moest ik knokken tegen Antonio (Caïroli). Ik versloeg hem in de laatste twee ronden. Daarom laaiden de emoties zo hoog op. Het was mijn eerste zege. Hem verslaan in een rechtstreeks duel was nog specialer. Na die reeks van tweede en derde plaatsen eindelijk winnen, het maakt dat je nog meer wil winnen. Maar inderdaad, het was een opluchting, die GP-zege. Het was een geweldige dag.” MXWORLD: “Dan kwam Lommel. Ik zag je rijden onder het bloed, zonder bril en met een verschrikkelijke aanblik op de gelaat. Wat was er bebeurd?” JVH: “Na Loket kwam een rare week. Veel fans en media namen me in beslag. Ik was misschien niet genoeg gefocust op Lommel. Daarbij, er lag veel druk op mijn schouders, omdat de Belgen me weer opnieuw wilden zien winnen. Op een sprong misrekende ik mezelf en ik kwam te kort. Bij de landing botste ik met mijn hoofd op het stuur. Ik viel niet, en de blessure zag er lelijker uit dan het was. Ik had wel veel hoofdpijn, en dat maakte het rijden moeilijk. Het weekend was niet geslaagd, maar dat ik crossen. Voor mij was het belangrijker dat ik de week voordien mijn concentratie verloor door de vele aandacht van de media na die GP-zege. Het is niet altijd gemakkelijk om hier mee om te gaan. Dat moet je leren. Niet eenvoudig maar het moet. Zaken zoals de misrekende sprong gebeuren in motorcross.” MXWORLD: “Dit seizoen startte niet zo best. Je kende weinig meeval. Hoe komt dit bij je aan?” JVH: “Voor mij is dit jaar hetzelfde. Vorig jaar werd ik tweede in het WK, en niemand verwachtte dat. Iedereen vertelde dat ik wereldkampioen kon worden in 2015, dat dit mijn jaar zou worden. Je werkt hard om dit te realiseren. Maar zo leg je wel onrechtstreeks druk op jezelf. Door mezelf die druk op te leggen liep alles verkeerd. Veel fouten, kleine crashes, grote crashes. Maar ik bleef er wel voor gaan in elke GP. Tenslotte werd het te veel. Bij een val liep ik een breuk op. Ik zeg tenslotte omdat doorgaan op de manier zoals ik bezig was niet mogelijk bleek. Achteraf ben ik blij dat het gebeurde. Nu zit ik weer terug op een normaal niveau, en ik werk me vooruit, maar stap voor stap. Ik voel me veel beter, alhoewel de resultaten er nog niet zijn. Dat komt omdat ik nog niet fit ben. Ik moet er nog aan werken, maar ik ben zeker dat ik er binnen enkele GP’s wel zo goed zal zijn als vorig jaar.” MXWORLD: “Vorig jaar had je een boodschap: GENIETEN!” JVH: “Ja. Zelfs al zijn de resultaten nog geen 100%, ik geniet, ik moet zeggen ik geniet opnieuw zelf. Het eerste deel van het seizoen was niet leuk. Nu weer wel. Ik hou van het rijden. Zelfs toen ik in een wedstrijd een 10 – 19 reed was het nog leuk. De snelheid was behoorlijk goed. Alles leek weer aangenaam”. MXWORLD: “Op de KTM staan electrische starters. Ook op uw motor is dat het geval. Was het op uw vraag of kwam het van het team uit. Ik ga er van uit dat dit comfortabeler is voor U?” JVH: “Het stond als standaard op de motor als die van Japan kwam. Ze zijn de fabriek, ze moeten ieder jaar verbeteren. Vorig jaar kwamen ze met dit voorstel en het werkte van het begin af aan goed. Daarom blijven we het systeem gebruiken. Het is gemakkelijker, het extra gewicht doet er niet toe. Het is echt gemakkelijk, bijvoorbeeld als de motor na een val af slaat. Het starten gaat veel gemakkelijker.” MXWORLD: “Is er nog iets veranderd aan de motor.” JVH: “Niet veel, enkel onderdelen, mechanisch dingen, maar niet heel veel.” MXWORLD: “Vorig jaar was verbazingwekkend. Je werd tweede in het WK. Dit jaar lijkt dat onmogelijk. Denk je dat er nog een kans is om voor de eerste plaats te knokken?” JVH: “Dit jaar zal dat moeilijk zijn. Maar ik denk wel dat ik het niveau van vorig jaar kan halen. Enkele podia, misschien een GP-zege. Het maakt eigenlijk niet uit dat ik gekwetst raakte. Het seizoen kan nog goed worden omdat iedereen weet dat ik dit kan. En dan wil ik volgend jaar voor de titel gaan. Maar zelfs al wordt ik nooit wereldkampioen, dan denk ik dat ik toch al iets heb neergezet wat weinig mensen kunnen voorleggen in België. Als ik heel mijn carrière top vijf kan rijden ben ik een tevreden man.” MXWORLD: “Je zit al een tijdje op de motor. Je reed vele jaren in de MX2 en MXGP. Hoe blijf je jezelf motiveren?” JVH: “Ik ben echt nog jong. Ik begon ook vroeg. Ik behaalde een derde plaats in de MX2, ik werd 2de in het WK vorig jaar. Er ligt nog een doel voor me: de beste zijn. Dat is mijn motivatie. Het feit dat ik als jongeman kan leven van mijn sport en niet echt hoef te werken, dat is voor mij zowat het beste van deze wereld. Ik moet me alleen hier op focussen. Niet veel jongeren kunnen zeggen op hun 25ste dat ze niet moeten gaan werken. Dat is voor mij DE motivatie.” MXWORLD: “Als ik je resultaten vergelijk dan stel ik vast dat je Europese resultaten beter zijn dan de overzeese. Hoe komt dat, Hou je meer van Europese banen?” JVH: “Ik rij liever op Europese circuits. Overzee is altijd aan het begin van het seizoen. De seizoensstart is sowieso niet gemakkelijk voor mij. Ik heb wat meer tijd nodig, zeker dit jaar. Thailand was ontzettend warm en de omloop lag me niet, was niet gemakkelijk. Moeilijk zelfs. Ik hou meer van hardere banen. Lommel is niet mijn favoriete baan, al woon ik op een kwartier van de omloop. Het is niet het zand, dat is wel oke, maar de omloop an sich.” MXWORLD: “Hoe ontspan je tussen de GP’s door. Heb je tijd genoeg voor je familie. JVH: “We hebben niet zoveel vrije weekends. Soms is het heel belangrijk om voldoende te rusten. Tussen twee wedstrijden. Gewoon rusten, en niet altijd trainen. He lichaam moet de rust hebben die het nodig heeft. Dat is de sleutel tot de fitheid. Af en toe ben ik bij mijn familie, maar niet vak. Vrienden komen ook wel eens lang. Ik houd niet van teveel afleiding. Na het seizoen is iedereen welkom. Met hen speel ik ijshockey. Dat kan niet in het seizoen wegens veel te gevaarlijk. Maar met ijshockey blijf ik wel fit. Het is een intensieve sport. Dit alles in overleg met de trainer met wie ik al jaren samen werk. Alles werkt goed. Op een bepaald punt ga ik terug in training modus en dan telt alleen het volgende seizoen. Dus ik heb niet zoveel tijd om mezelf te plezieren, hoogstens enkele weken tot een maand.” MXWORLD: “Wat is uw grootste sterkte? Techniek, passie, karakter?” JVH: “Van alles wat denk ik. Ik ben een compleet rijder, dus ik heb geen speciale sterke punten. He zit goed in zijn geheel.” MXWORLD: “De Amerikaanse droom heeft je nooit echt aangesproken. Ben je ooit benaderd, of ligt je toekomst in Europa.” JVH: “Amerika is nooit echt een optie geweest. Het is er anders. Ik weet niet of het er beter is. Hier is alles wat we nodig hebben. Misschien gaan trainen, dat zou kunnen, omdat we hier in de winter slecht weer hebben. Maar voor de rest? Bedankt!” MXWORLD: “Zijn er andere rijders of personen die je carrière geïnspireerd hebben?” JVH: “Ik heb veel met Stefan Everts gewerkt. Ik was drie jaar bij KTM. Hij heeft me gebracht war ik nu sta. Ik keek naar hem op en hij betekend nog veel voor mij. Wanneer ik wat nodig heb vraag ik het hem en hij zal me altijd helpen. Ik kijk naar hem op, niet om zijn tien titels, maar om de manier waarop hij me behandelt.” MXWORLD: “In Hongarije is er geen lange motorcrosstraditie. België staat bekend voor zijn goede rijders. Wordt je in België herkend? Wordt je gevraagd in talkshow, of wordt je aangesproken op straat of in winkels?” JVH: “België is een groot motorcrossland, maar veel steun krijgen we niet. België is groots omdat we de beste rijders van de wereld hebben. Maar toen de generatie Bervoets, Everts en Smets weg viel ging het bergaf. Het krijgt weinig media aandacht. Soms wordt ik herkend, maar niet zoals voetballers of zo. Voor mij is dat niet erg, ik heb het liever zo. Ik hou van een ongedwongen leven. Ik zou het niet kunnen verdragen om in een winkel aangeklampt te worden. Laat het maar zijn zoals het nu is.” MXWORLD: “We vernamen dat de Belgische federatie het budget van de MXoN verkleinde. Kan je je een MXoN zonder Belgen voor stellen?” JVH: “Wat moet ik daar op zeggen. Het is alle jaren hetzelfde: geen geld, geen budget en eigenlijk heb ik het wel gehad deze discussie. Van waar het geld komt, wie er gaat rijden, het maakt me niet veel uit wat ze doen. Ze pakken het verkeerd aan, maar dat is hun keuze. Niet de mijne. Zelfs al is het de grootste race in de wereld die elke rijder absoluut wil rijden, als ze mij vragen dan ga ik. Nu moet iedereen het BK rijden. Dat is een stomme regel. Het is alle jaren wat anders, en ik heb het wel gehad met deze discussie. Als ze me iets vragen maak ik me er niet druk over. Ik rij buiten de GP’s wel wedstrijden in België , maar niet voor een selectie voor de MXoN. In België hebben we de media nodig, en onze supporters willen ons ook zien. Daarom doe ik dat. Maar om de selectie. Dat is er over.” MXWORLD: “Heb je al nageacht over wat je gaat doen als je stopt met crossen. Blijf je in de sport of stap je over naar een gewone job?” JVH: “Ik wil nog zeker vijf, zes jaar rijden. Als ik succes ken hoef ik misschien noot meer te werken. Misschien iets wat ik leuk vind, zoals Stefan dat doet. Maar ik zal zeker niet in de cross blijven, ik zou iets anders zoeken. Als ik ooit kinderen zal hebben, dan kunnen ze doen wat ze willen, maar voor mij is MX geen optie. Ook voor mijn kinderen zou ik geen baan in de MX wensen. Wat ik precies wil doen weet ik nog niet. Ik wil voorlopig nog enkele jaren een toprijder zijn. Dat is het doel en aan de rest denk ik nog niet te veel.”