Enige tijd geleden publiceerden we een (vertaald) interview met Marc Ver Paelen. Dat werd een van de meest gelezen artikels op MXWORLD.BE. Vandaag viel er een persnota van Suzuki in de bus. Met een inleiding over de GP in Trindade, maar vooral met een interview van Bo Rasmussen, de huidige mecanicien van Kevin Strijbos. En dat wilden we U niet onthouden. Een vrije vertaling.

Ook bij Suzuki stelt men dat er rond Trindade weinig bekend is. Hoofdzakelijk plat , veel sprongen en donkerrode aarde. Maar we geven nu een forum aan Bo Rasmussen, sleutelaar voor Kevin Srrijbos en voordien voor Steve Ramon en Tanel Leok. Je vervoegde het team in 2007. De kwaliteits standaard lijkt in de afgelopen jaren niks ingeboet te hebben. Waar haal jij je voldoening uit in deze job? Rasmussen: “Sylvain! Enkel en alleen door de mens die hij is en zijn aanpak. Hij vertrouwt ons onvoorwaardelijk. Hij is ook recht door zee. Hij springt regelmatig bij en heeft een open geest naar het management toe. Naast Sylvain’s invloed werk ik gewoon graag aan een motor. Ik probeer trots te zijn op mijn werk en zo mogelijk ook altijd een stap voor. Ik doe wat ik moet doen en ik probeer met niet te moeien met de rest, zoals de veringen. Ik wil ook duidelijkheid, geen twijfels. Ik zal altijd mijn mening geven, zo eerlijk mogelijk. Ik heb ook wel eens een mindere dag maar over het algemeen ben ik vrij rustig. Ik moet niet perse in het middelpunt van de belangstelling staan. Ik probeer altijd met mijn rijder mee te gaan, en zo min mogelijk tegenin. Kevin heeft bijvoorbeeld niet graag een nieuwe gaskabel, dus laten we die twee GP’s zitten. Hij zegt dat anders de gasschuif te licht is ten opzichte van de trainingsmotor.” Kevin blijkt graag mee de set up te bepalen tijdens een raceweekend?
Rasmussen: “Kevin houdt er van om met de motor te werken. Dat is heel leuk voor mij. Hij is niet vaak ontevreden. Maar als je iets miniem verandert, twee klikjes bijvoorbeeld. Dan zal hij dat merken. Steve Ramon was dezelfde, maar dan veel stiller.  Kevin zal zich geen zorgen maken om kleine details aan de motor. Soms denk ik dat hij te hard is voor zichzelf. Het is een leuke gast om mee te werken en hij is ook heel zorgzaam.” Steve,Tanel, Kevin, wat zijn de verschillen tussen de rijders? Rasmussen: “Met Steve was het net als werken met een vriend. Kevin is een vrij gemakkelijk persoon. Met Tanel was het niet altijd makkelijk. Tanel is niet zo technisch aangelegd en wat stug. Aan de andere kant: toen hij bij ons was heeft hij de motor in elke wedstrijd over de meet gebracht. Kevin en Steve zijn beter georganiseerd.” Steve was de laatste wereldkampioen voor Suzuki. Hoe was de overgang naar de andere Belgen. Rasmussen: “Steve en Kevin hebben gelijke voorkeuren voor de motor. Ze zijn alle twee zeer getalenteerd. Ik schat Kevin zelfs wat hoger in, maar zoals ik al zegde, hij is soms te kritisch voor zichzelf. Steve kende wat meeval in 2007, maar dat moet je zelf afdwingen. Naar wat ik vernam had Kevin niet altijd de juiste begeleiding. Steve daarentegen had een solide familie achter zich. Momenteel heeft Kevin ook een goede achtergrond en is hij meer consistent. Die samenhang sputterde wel eens bij het begin van het seizoen, maar hij is helemaal in orden en verdient de derde plaats in de MXGP.” Het team heeft een zeer  hokvaste staf. De meeste mensen zijn hier lang en we zien weinig nieuwe gezichten. Rasmussen: “Er zal verjonging komen. Mensen blijven nooit voor eeuwig. Sylvain is de motor van het team. Hij is voor een heel groot deel de reden waarom ik naar Suzuki kwam en nog verder wil blijven werken.”